De kaaimantaks hanteert fiscale transparantie als principe. Dat wil zeggen dat het ‘tussenniveau’ van de constructie voor belastingdoeleinden genegeerd wordt. De aard van de inkomsten blijft ongewijzigd voor de taxatie.
Tevens voorziet de wet in een fictief uitkeringsmoment in de volgende gevallen:
- Inbreng van economische rechten, aandelen of activa van een juridische constructie
- Overdracht van activa van een juridische constructie naar een staat waarmee België geen fiscale inlichtingen mee uitwisselt
Er wordt tevens geacht sprake te zijn van een dividenduitkering in de mate dat de uitkering het vermogen van de juridische constructie doet dalen beneden het door de oprichter ingebrachte vermogen.