In een arrest dd. 8 oktober 2013 toont het Hof van Beroep te Gent zich bijzonder streng voor de belastingplichtige die, bij gebrek aan het voorhanden zijn van individuele fiches en samenvattende opgaven voor de toegekende voordelen van alle aard aan de bedrijfsleider, met een afzonderlijke aanslag geheime commissielonen werd geconfronteerd.
Op grond van het Addendum dd. 23 december 2011 aan de circulaire nr. Ci.RH.421/605/074 dd. 1 december 2010 wordt de bijzondere aanslag geheime commissielonen niet toegepast wanneer de voordelen effectief ten name van de genieters worden belast in de personenbelasting, en dit binnen de wettelijke termijn. Voormeld Addendum is slechts de bevestiging van een reeds bestaande administratieve praktijk.
Het Hof van Beroep weigert deze administratieve tolerantie echter toe te passen. Een dergelijke tolerantie is immers niet in de wet ingeschreven. Administratieve richtlijnen kunnen in de zienswijze van het Hof geen afbreuk doen aan een uitdrukkelijke wetsbepaling, ook niet op grond van de door de belastingplichtige ingeroepen beginselen van behoorlijk bestuur.
De belastingplichtige beroept zich voorts nog tevergeefs op artikel 17 van de wet van 17 juni 2013 houdende fiscale en financiële bepalingen en bepalingen betreffende de duurzame ontwikkeling. Overeenkomstig voormelde bepaling krijgt de reeds aangehaalde administratieve tolerantie een wettelijke grondslag. Deze bepaling is echter maar van toepassing vanaf het aanslagjaar 2014 krachtens uitdrukkelijke wetsbepaling, en heeft derhalve geen terugwerkende kracht ( de onderhavige betwisting betreft de aanslagjaren 2008 en 2009).
Ook al voorziet circulaire nr. Ci.RH.421/628.803 dd. 22 juli 2013 dat hangende geschillen en lopende dossiers in de geest van de nieuwe wetsbepaling mogen worden opgelost, zelfs als zij betrekking hebben op voorgaande aanslagjaren, blijft het Hof bij haar standpunt, door wederom te verwijzen naar het feit dat een circulaire onmogelijk afbreuk kan doen aan een wettelijke bepaling.
Ook een beroep op artikel 6 EVRM brengt geen redding voor de belastingplichtige. Het Hof stelt immers vast dat deze zich er terdege van bewust moest zijn dat door het niet nakomen van haar verplichtingen zij in de hand werkte dat de inkomsten die normaal moesten belast worden in hoofde van de begunstigde van de voordelen aan normale belasting ontsnapten. In casu is dit volgens het Hof des te evidenter, daar de begunstigde de bedrijfsleider is van de belastingplichtige.
Het Hof van Beroep te Gent lijkt met dit arrest in te gaan tegen de heersende trend in de rechtspraak, waarbij de afzonderlijke aanslag geheime commissielonen, indien mogelijk, niet wordt toegepast, dan wel minstens gedeeltelijk wordt ontheven. Met ingang van aanslagjaar 2014 behoren dergelijke uitspraken echter definitief tot het verleden, gelet op de aan de administratieve tolerantie toegekende wettelijke grondslag.