Skip to main content
Varia

Belasting op de huurwaarde van niet-verhuurde buitenlandse onroerende goederen: strijdig met vrij kapitaalverkeer?

Door 04/10/2013november 30th, 2017Geen reacties

De inkomsten van in het buitenland gelegen onroerende goederen moeten in België worden aangegeven, zelfs indien zij in België op basis van een dubbelbelastingverdrag worden vrijgesteld. Die inkomsten komen immers in aanmerking voor de berekening van de belasting op de in België progressief belastbare inkomsten (vrijstelling met progressievoorbehoud).

Als de in het buitenland gelegen onroerende goederen niet worden verhuurd, moet de “huurwaarde” (de gemiddelde jaarlijkse brutohuur die men in geval van verhuring had kunnen verkrijgen), verminderd met de in het buitenland betaalde belasting, worden aangegeven (artikel 7, §1, 1°, b) WIB 92). Nadien wordt er automatisch een forfaitaire kostenaftrek toegepast (40% voor gebouwde onroerende goederen) uit hoofde van onderhouds- en herstellingskosten.

Het belastbaar inkomen van in België gelegen niet-verhuurde onroerende goederen wordt daarentegen bepaald op basis van het kadastraal inkomen (desgevallend verhoogd met 40%).

In Frankrijk wordt er een kadastrale waarde (‘valeur locative’) toegekend aan woningen, die als basis dient voor de berekeningen van de ‘taxe foncière’ en van de ‘taxe d’habitation’. Die kadastrale waarde is vergelijkbaar met het kadastraal inkomen dat in België wordt bepaald.

De vraag is bijgevolg aan de orde waarom bijvoorbeeld niet-verhuurde Franse onroerende goederen niet op hun Franse kadastrale waarde zouden kunnen worden belast.  Zo dit niet het geval zou zijn of in het geval het belasten van niet-verhuurde buitenlandse onroerende goederen op een andere basis dan hun lokaal kadastraal inkomen, dit een schending zou inhouden van het vrij verkeer van kapitaal, omdat dit inwoners van België ertoe zou kunnen weerhouden om in andere EU-lidstaten te investeren (gesteld dat het lokale kadastraal inkomen op een gelijkwaardige manier wordt bepaald als het Belgisch kadastraal inkomen van Belgische onroerende goederen).

Het Hof van Beroep te Antwerpen heeft in deze zin dan ook een prejudiciële vraag gesteld aan het Hof van Justitie.