Sinds 1 januari 2018 worden roerende inkomsten, die op een buitenlandse rekening worden verkregen en waarop geen roerende voorheffing wordt ingehouden, aan de inkomstenbelasting onderworpen. Roerende inkomsten verkregen door een vereniging zonder rechtspersoonlijkheid op een rekening van deze vereniging worden belast in hoofde van de belastingplichtige, die beschikt over de handtekeningsbevoegdheid van deze rekening. Om het opnemen van zo’n mandaat niet te ontmoedigen, kunnen zulke verenigingen er vrijwillig voor kiezen om zich aan de rechtspersonenbelasting te onderwerpen.
Het nieuwe Koninklijk Besluit regelt nu de modaliteiten van deze optieregeling, die voortaan zijn vastgelegd in het KB/WIB 92. De vereniging zal de vrijwillige onderwerping kunnen inroepen door middel van een brief waarin de optie wordt uitgedrukt. De rechtspersonenbelasting zal dan van toepassing zijn op deze vereniging vanaf het belastbare tijdperk waarin de brief aan de fiscale Administratie wordt voorgelegd.
De keuze geldt voor een termijn van zes belastbare tijdperken, waarna de vereniging de keuze opnieuw per brief zal moeten uitdrukken. De vereniging moet haar leden bovendien inlichten over de keuze om zich te onderwerpen aan de rechtspersonenbelasting.
Het optiestelsel is beperkt tot verenigingen zonder rechtspersoonlijkheid waarvan de statutaire zetel in België is gevestigd.
Wilt u weten wat de specifieke gevolgen van de nieuwe wetgeving zijn voor uw situatie? Neem dan contact op met Lauwers Fiscale Advocaten.